Belasting blog


Geregeld verschijnt er een belastingadvies blog over een actueel fiscaal onderwerp. Dit blog is bedoeld om u te informeren over voor u interessante ontwikkelingen op het gebied van belastingen. Het kan gaan om nieuwe jurisprudentie of hoe een nieuwe regeling in de praktijk uitwerkt.

Als u na het lezen van een blog vragen heeft, schroom niet om die te stellen!

Gepubliceerd op door

Fictieve dienstbetrekking potentiële spelbreker bij inhuur zzp-er via een intermediair

Met de invoering van de Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (Wet DBA) is het de vraag of opdrachtgevers nog wel tot rechtstreekse inhuur van zzp-ers overgaan. Als je de berichten in de media moet geloven, dan hebben de intermediairs het inmiddels een stuk drukker gekregen. Dat zou betekenen dat opdrachtgevers ervoor kiezen om het loonbelastingrisico bij henzelf weg te houden door gebruik te maken van een intermediair. In hoeverre kunnen opdrachtgevers het loonbelastingrisico weghouden door een intermediair te gebruiken bij de inhuur van zzp-ers?

Inhuren via intermediairs kent verschillende vormen die op onderdelen van elkaar kunnen afwijken. Voor nu richt ik mij op de intermediair die de inhuur van zzp-ers (eenmanszaak) verzorgt voor de (eind)opdrachtgever.

Bij de inhuur via een intermediair zijn er mijns inziens 2 varianten te onderscheiden:

  1. Juridische tussenkomst: in dat geval wordt de intermediair opdrachtgever van de zzp-er en gaat met hem een overeenkomst van opdracht aan. Vervolgens sluit de intermediair een overeenkomst met de (eind)opdrachtgever.
  2. Bemiddeling: in dit geval gaat de zzp-er een rechtstreekse overeenkomst aan met de (eind)opdrachtgever. De intermediair heeft geen andere juridische band met zzp-er en opdrachtgever dan die van bemiddelaar.

Opdrachtgevers moeten zich goed bewust zijn van de wijze waarop de inhuur plaatsvindt. Bij variant 2 zullen zij zelf moeten beoordelen of er niet feitelijk sprake is van een loondienstbetrekking en dat dan aan het gebruik van de modelovereenkomst niet wordt toegekomen. Deze variant verschilt mijns inziens niet van rechtstreekse inhuur en behandelen we daarom niet verder.

Blijf uit de fictieve dienstbetrekking voor uitzendpersoneel

Een aandachtspunt bij het gebruik van een intermediair is de fictieve dienstbetrekking voor uitzendpersoneel. Daarvan is geen sprake als de zzp-er als ondernemer kwalificeert. De Belastingdienst en eventueel de rechter is/zijn de enige partij(en) die beslis(t)(sen) of iemand ondernemer is. Toch worden partijen in de keten van in- en doorlenen gevraagd om te beoordelen of met een ondernemer van doen is. Daarvoor is in de modelovereenkomst tussenkomst een toets opgenomen met een aantal vast te leggen gegevens om te bepalen of er sprake is van een ondernemer.

Precieze uitleg ondernemerstoets nog onduidelijk

Met betrekking tot de ondernemerstoets in de modelovereenkomst tussenkomst is onduidelijk hoe deze moet worden uitgelegd bij repeterende en langer lopende opdrachten. In de modelovereenkomst wordt hierover het volgende geschreven. Het bewijsvermoeden van het zijn van ondernemer op basis van de ondernemerstoets is niet aanwezig, op het moment dat opdrachtnemer opvolgende opdrachten van langere duur via de intermediair uitvoert op het moment dat deze gelet op de aard van de werkzaamheden langer dan gebruikelijk zijn. Dit is een bepaling waarvan de Belastingdienst nog nader moet duiden hoe deze precies moet worden uitgelegd. De vragen die beantwoord moeten worden zijn: hoe lang mag in welk geval een opdracht via een intermediair duren en hoeveel opvolgende opdrachten mag men hebben? Wordt in strijd met deze bepaling gewerkt, zal de uitzendfictie toch onbedoeld van toepassing kunnen zijn. Volgens de Staatssecretaris ligt er zowel bij de intermediair als de uiteindelijke opdrachtgever een verantwoordelijkheid om vast te stellen dat aan de voorwaarden van de ondernemerstoets is voldaan.

Wat nu als de zzp-er ten onrechte als ondernemer is aangemerkt?

Als de Belastingdienst later met succes het standpunt inneemt dat de zzp-er niet als ondernemer kwalificeert, kan de fictieve dienstbetrekking voor uitzendpersoneel van toepassing zijn. Dat is het geval als de zzp-er onder toezicht en leiding heeft gewerkt van de (eind)opdrachtgever. Voor het inlenen onder een modelovereenkomst is van belang dat de opdrachtnemer/zzp-er niet werkt onder leiding en toezicht van de opdrachtgever. Gebeurt dat wel, dan ontstaat er inhoudingsplicht (in eerste instantie) bij de intermediair. Als de opdrachtgever het niet aandurft om rechtstreeks in te huren wegens het risico van het constateren van een dienstbetrekking, is het in mijn ogen niet op voorhand zeker dat er dan ook niet voldaan is aan de voorwaarde leiding en toezicht, als wordt ingeleend via een intermediair. De vraag is dus of het inhuren van zzp-ers via een intermediair de oplossing is voor de onzekerheden die inhuur onder de wet DBA met zich meebrengt.

Kortom ook het gebruik maken van een intermediair biedt geen 100% garantie om van naheffingen gevrijwaard te blijven als opdrachtgever. Hopelijk komt er op korte termijn in ieder geval meer duidelijkheid over de toepassing van de ondernemerstoets, zodat die onzekere factor bij de inhuur in ieder geval wordt weggenomen.

Houdt bij inhuur via een intermediair rekening met het volgende. Voor de Belastingdienst ligt de drempel om een loonheffingsclaim neer te leggen op grond van de fictieve dienstbetrekking zeer waarschijnlijk lager dan om een loondienstbetrekking aannemelijk te maken. Omdat voor het aanwezig zijn van een fictieve dienstbetrekking ook vereist is dat de arbeid persoonlijk verricht moet worden, kan het risico dat een fictieve dienstbetrekking wordt geconstateerd beperkt worden door overeen te komen dat zzp-er zich vrij mag laten vervangen. Laat deze afspraak dan geen dode letter zijn.

Tot slot als troost voor de opdrachtgever: de intermediair zal als eerste worden aangesproken op de loonheffingen. Als die goed heeft geregeld op welke wijze de loonheffingen verhaald kunnen worden op zzp-er en dat ook doet en deze ook afdraagt, loopt de opdrachtgever geen risico.

mr. Ewoud de Ruiter – directeur Apollo Tax bv 030 – 687 0 383

Volledig bericht lezen
Gepubliceerd op door

BV is dure oplossing voor zzp-er om mogelijke dienstbetrekking te ontwijken

Met het afschaffen van de var-verklaring worstelen opdrachtgevers en opdrachtnemers met de vraag hoe de inhuur van tijdelijke arbeidskrachten in te vullen. De opdrachtgever wil geen risico lopen op naheffingen. Een van de oplossingen die genoemd wordt is het gebruik van een BV. Het moet dan gaan om een BV waarbij de opdrachtnemer in een loondienstbetrekking staat tot die BV en waarbij sprake is van inhoudingsplicht premies werknemersverzekeringen. Er kan gebruik gemaakt worden van de diensten van ZZP-Oké of Uniforce. Is er bij de BV van opdrachtnemer geen inhoudingsplicht premies werknemersverzekeringen, dan beoordeelt de Belastingdienst de werkrelatie tussen opdrachtgever en opdrachtnemer op zelfde wijze als die tussen de zzp-er en opdrachtgever. Als de BV inhoudingsplichtige is voor de premies werknemersverzekeringen, zal de Belastingdienst er meestal minder belang bij hebben om op het niveau van de opdrachtgever kritisch te kijken naar de werkrelatie.

Wat betekent het gebruik declarabele uren BV?

Omdat de zzp-er als werknemer gezien wordt van de declarabele uren BV, verliest hij het recht op de ondernemersaftrek (zelfstandigenaftrek, eventueel starters aftrek en de MKB-winstvrijstelling). Daarnaast zijn er premies werknemersverzekeringen verschuldigd door BV van opdrachtnemer.

overzicht_berekening_IB_-onderneming_versus_BV

 

Bij een winst van € 60.000 na kosten bedraagt het verschil in netto inkomen € 9.022. Bij de berekening is rekening gehouden met het feit dat de premies zvw en werknemersverzekeringen voor rekening van de werkgever komen, vandaar het verschil in loon/winst. De IB-ondernemer houdt netto € 42.991 over en de BV-ondernemer € 33.970.

Om e.e.a. vergelijkbaar te houden heb ik ervoor gekozen om niet te doteren aan de oudedagsreserve respectievelijk pensioen op te bouwen. Daarnaast ben ik er vanuit gegaan dat er geen sprake is van overige aftrekposten (denk bijvoorbeeld aan hypotheekrenteaftrek) en dat het hele inkomen geconsumeerd wordt. Verder zullen de kosten voor het aanhouden van een BV ook hoger liggen. Mogelijk scheelt dat nog wel € 2.000 aan extra kosten (deponeringsjaarrekening, loonadministratie en aangifte vennootschapsbelasting).

Gebruik BV levert fors verlies netto-inkomen op voor zzp-er

Al met levert het werken via een zogenaamde declarabele uren-bv een fors inkomensverlies op voor de zzp-er. Vermoedelijk zal de Belastingdienst bij het gebruik van deze oplossing minder kritisch zijn bij het beoordelen van de arbeidsrelatie en loopt opdrachtgever een kleiner risico op naheffing van loonheffingen. Daarin kan het gebruik van de BV een voordeel bieden. Of de opdrachtnemer daar netto zoveel voor zal willen inleveren? Wellicht kunnen opdrachtgever en –nemer overeenkomen dat er een hoger uurtarief wordt betaald, enerzijds omdat opdrachtgever minder risico loopt op naheffingen (is ook wat waard) anderzijds omdat opdrachtnemer netto minder overhoudt.

mr. Ewoud de Ruiter – directeur Apollo Tax bv 030 – 687 0 383

Volledig bericht lezen